Ik waande me weer 5 jaar oud, toen we vanmorgen ontbeten in een oude stal, alias feestruimte van de camping. De aankleding ademde de sfeer van de boerderij van mijn oma, met zijn dikke rode kleden, de oude boerenvoorwerpen en donkere meubels. In het midden van deze kamer stond een grote houten tafel, met een kroonluchter met kaarsen erboven. Dat is nog eens een ontbijttafel. Onze tent lag te drogen onder een houten overkapping en van de campingeigenaar mochten we hier wat tijd doden. Buienradar meende namelijk dat het na het middaguur droog zou worden en het leek ons verstandig daarop te wachten, lerend van onze ervaringen van gister.
Dat het weer niet zo goed naar Buienradar luistert, bleek toen we bij de Linge aankwamen en het toch begon te regenen. De regenjassen, de enige jassen die we bij hebben, bleken van teleurstellende kwaliteit te zijn. In een mum van tijd zat er evenveel regen in als op de jas en waren we alle vier doorweekt. De temperatuur was op zich oké, maar de nattigheid maakt het koud en onaangenaam. De wereld op het water ziet zo een stuk onaangenamer uit, wat zo zijn invloed op je heeft. Allerlei noodsituaties spookten door mijn hoofd. Na 4 kilometer werd de regen gelukkig minder en klaarden ons hoofd ook weer op.
De volgende uitdaging diende zich aan. Om bij onze overnachtingsplek te komen, moesten we nog een stuk lopen en dus ergens het water uit om de dijk op te klauteren. Dat blijkt toch keer op keer ingewikkeld. Een te hoge beschoeiing, brandnetels of een rietlaag, zorgen ervoor dat wij er niet uit kunnen. En op te steile helling van de dijk, krijgen we de kano niet omhoog. Op deze plek vonden we een verwaarloosd stukje land met een woonboot die zijn beste tijd gehad leek te hebben. Het zag er onbewoond uit, in ieder geval dat is wat wij hoopten. We moesten ons een weg peddelen door de plompebladeren naar een aanlegplaats, iets wat niet vanzelf ging. De twee gevaarlijke honden die het land moesten bewaken, volgens het bord dat we zagen toen we terrein af liepen, waren waarschijnlijk ook verhuisd. Oef.
Stomtoevallig was ik op Google Maps op een bedrijf gestuit dat door de naam mijn interesse had gewekt. Naast een atelier en een vergaderruimte, hebben ze ook 5 plekjes voor tenten. Waanzinnig mooie plekjes onder de hoogstamfruitbomen, met uitzicht op een natuurgebied. Jaarlijks hadden ze 3000 liter aan appelsap van hun bomen, waarvan wij nu een 5 liter pak in de kano hebben staan. Naast de pruimen uit een stalletje langs de weg en de komkommers uit de moestuin van de campingeigenaar. Lekker lokaal.
Op een geleende fiets haalde Harald een enorme zak met lokale friet, wat we tevreden onder een gezellige overkapping soldaat maakte.
Onze Belgische buren vertelde ons over campspace, een online platform, waar dit soort plekken (oa bij particulieren) wordt aangeboden. Een supergoede tip, waar wij zeker vaker gebruik van gaan maken!
Recente reacties